Dit kolossale object van Jo Gijsen vormt de neerslag van de fascinatie van de kunstenaar voor de monumentale resten van bepaalde prehistorische culturen, zoals de in Bretagne nog aan te treffen menhirs en dolmen en het Engelse Stonehenge. De totstandkoming van het kunstwerk betekende voor Jo Gijsen min of meer een herbeleving van het oeroude proces van het losbreken van grote stukken steen en het overeind zetten daarvan.